Thema 11: Verslag schrijven en bronvermelding
Inleiding
Om op de hogeschool succesvol te kunnen zijn moet je heldere, gedetailleerde teksten schrijven over uiteenlopende onderwerpen kunnen schrijven. Als je een werkstuk, presentatie of een boekverslag maakt, ga je op zoek naar informatie en zal je beslist ook gebruik maken van informatie, ideeën en afbeeldingen van allerlei andere mensen. Deze informatie haal je uit boeken, kranten, tijdschriften en websites. Dit zijn allemaal verschillende bronnen. Het is belangrijk dat je bij het gebruiken van deze bronnen opschrijft wat je gebruikt hebt, van wie en waar je het vandaan hebt gehaald.
Aanvullende informatie
|
|
Begeleiding van de student door de docent
|
Uitleg over het schrijven van een verslag
Uitleg over het toepassen van de APA richtlijnen |
Didactische werkvormen
|
Klassikaal uitleg
Test individuele schrijfvaardigheden Oefenen met het noteren van bronnen volgens APA richtlijnen |
Materialen
|
Bijlage 13: ‘Schrijven van een verslag’
https://maken.wikiwijs.nl/39641/Hoe_maak_je_een_goede_bronvermelding Zelfbeoordelingsinstrument schrijfvaardigheid |
Achtergrondinformatie
|
Fontys vuistregels APA richtlijnen
https://connect.fontys.nl/diensten/OenO/OenOsamenwerking/Auteursrechtinformatiepunt/Gedeelde%20%20documenten/Vuistregels%20APA%20richtlijnen.pdf Poelmans, P., & Severijnen, O. (2013). De APA richtlijnen: over literatuurverwijzing en onderzoeksraportage. Bussum: Coutinho Handleiding bronvermelding APA Tiburg University http://toolbox.fontysdienstoeno.nl/wp-content/uploads/2015/01/apa-handleiding.pdf |
Opdrachten
Opdracht – Bestudeer achtergrondinformatie
- Bestudeer bijlage 13 ‘schrijven van een verslag’
Opdracht – Test schrijfvaardigheden
Ga met het Zelfbeoordelingsinstrument schrijfvaardigheid voor jezelf na of je in staat bent tot het schrijven van teksten op hbo-niveau en op welke punten je je nog kunt en wilt verbeteren.
Opdracht – Bronvermelding
Bij het gebruiken van bronnen is het belangrijk dat je opschrijft wat je gebruikt hebt, van wie en waar je het vandaan hebt gehaald. Doe dit vooral tijdens het maken van je werkstuk of presentatie en houd dit goed bij; achteraf zo’n bronnenlijst maken is heel lastig en kost veel tijd. Aan het eind van het (profiel)werkstuk of de presentatie moet je in een overzichtslijst laten zien wat je allemaal gebruikt hebt. Dit heet de bronvermelding, een alfabetische lijst (op achternaam van de auteurs) van al het door jou gebruikte materiaal, zodat de lezer (je docent) weet welke bronnen je hebt gebruikt en de lezer dit ook kan controleren. De manier van bronnen noteren zoals je dat hier leert, is gebaseerd op APA richtlijnen, de meest gebruikte manier in het hoger onderwijs.
Oefen met het noteren van bronnen volgens de APA richtlijnen
- Ga naar de website https://maken.wikiwijs.nl/39641/Hoe_maak_je_een_goede_bronvermelding en maak individueel de oefeningen voor boek, krant en tijdschrift en internet.
- Laat je buurman de resultaten controleren.
- Bespreek vervolgens samen de resultaten.
Opdracht – de individuele onderzoeksopdracht
Jij gaat een individuele onderzoeksopdracht uitvoeren. Met deze opdracht laat je zien dat je de juiste informatie kunt verzamelen en verwerken.
|
De gemeente waar jij woont, wil laten onderzoeken of het wenselijk is een gezondheidscentrum* op te richten. De gemeente wil graag dat in dit centrum meerdere disciplines uit de gezondheidszorg werkzaam zullen zijn.
Jij krijgt voor het beroep waar jouw interesse naar uitgaat de opdracht om dit onderzoek uit te voeren.
Denk aan bijvoorbeeld onderstaande disciplines:
- ergotherapie;
- fysiotherapie;
- logopedie;
- mondzorgkunde;
- voeding en diëtetiek;
- verloskunde.
Opdracht 1
Onderzoek welke externe factoren van invloed zijn op de gewenste aanwezigheid in de gemeente van de discipline waarvoor jij kiest. Maak hiervoor een externe analyse met behulp van het DESTEP-model.
Het DESTEP-model kijkt naar het volgende:
- demografische factoren;
- economische factoren;
- sociale factoren;
- technologische factoren;
- ecologische factoren;
- politieke factoren.
DESTEP-methode
Een veel gebruikte methode in fieldresearch is de DESTEP-methode. Dit DESTEP-analyse is een model om de Demografische, Economische, Sociale, Technologische, Ecologische en Politieke factoren op omgevingsniveau in kaart te brengen. Je voert een DESTEP-analyse uit om inzicht te krijgen in de externe omgeving van een organisatie. Daarbij is het belangrijk om gebruik te maken van de kansen en bedreigingen veroorzaakt door de omgeving van deze organisatie. Afstemmen van het strategisch beleid op de bevindingen van DESTEP-analyse stelt een organisatie in staat om succesvol actief te zijn in haar omgeving.[1]
- Demografische factoren zijn kenmerken van de bevolking.
- Economische factoren zijn kenmerken die de economie beschrijven.
- Sociale-culturele factoren zijn kenmerken van de cultuur en leefgewoonten.
- Technologische factoren zijn kenmerken van de ontwikkeling.
- Ecologische factoren zijn kenmerken van de fysieke omgeving.
- Politiek-juridische factoren zijn kenmerken van overheidsbeslissingen.
Voorbeelden van DESTEP-factoren
Opdracht 2
Welke conclusie kun je trekken uit de analyse?
Wat betekent deze conclusie voor jou als gediplomeerd hbo’er in deze regio?
Op te leveren resultaat
Een verslag van de externe analyse, inclusief literatuurlijst, met een onderbouwde conclusie
Zorg dat je de correcte bronvermelding gebruikt.
[1] http://www.intemarketing.nl/marketing/analyses/destep